Een lijn intoetsen

  1. Tik op en selecteer Toets in / Lijn.

    Als u een lijn van twee punten gaat maken, kunt u ook de punten op de kaart selecteren en daarna in het menu ingedrukt-houden Toets lijn in selecteren.

  2. Voer de naam voor de lijn in en desgewenst de code voor de lijn.
  3. Selecteer een of meer punten om de lijn te definiëren. Zie Een puntnaam invoeren.
  4. U kunt een lijn ook m.b.v. één van de volgende methoden definiëren:
  5. Tik op Calc.
  6. Druk op Opsl.
  1. In het Methode veld selecteert u Twee punten.

  2. Selecteer het startpunt (1) en eindpunt (2).

  3. Voer waarden voor Startstation en Station interval in.
  1. In het veld Methode selecteert u Richting‑afst vanaf punt.

  2. Voer de naam van het startpunt (1), het azimut (2) en de lengte van de lijn (3) in.

  3. Voer de Helling tussen het start‑ en eindpunt in.
  4. Om te veranderen hoe afstanden worden berekend, tikt u op Opties. Zie Cogo instellingen.
  5. Voer waarden voor Startstation en Station interval in.