Feature codes selecteren
Selecteer de feature code voor een punt in de Code lijst.Om het formulier Code lijst te openen, doet u een van de volgende dingen:
- Tik in het veld Code op het formulier Meten.
- Druk op de toets pijl rechts bij het meten van een punt.
- Houd een codeknop in het scherm Meet codes ingedrukt.
Het formulier Code lijst toont de codes die in de geselecteerde feature bibliotheek aanwezig zijn.Raadpleeg de onderstaande paragrafen voor informatie over het selecteren van codes en het filteren van de Code lijst.
Als u een code snel wilt hergebruiken vanaf een bestaand punt, tikt u in het veld Code van het formulier Meten of op het veld Code boven aan de Code lijst en tikt u vervolgens op het bestaande punt op de kaart.De software vult in het veld Code de code(s) van het geselecteerde punt in.

-
Selecteer de gewenste code in de lijst, of typ die in het veld bij de bovenkant van de lijst.
Bij zoeken op Code wordt automatisch het eerste gevonden item in de Code lijst geselecteerd.Tik of druk op Enter om de geselecteerde code in het Code veld voor het huidige punt in te voegen.
Bij zoeken op Beschrijving wordt niet automatisch elk item in de Code lijst geselecteerd.Tik op een item of gebruik de pijltoets om het te selecteren en tik of druk op Enter om de code in het Code veld voor het huidige punt in te voegen.
-
Om meerdere codes in te voeren, bijvoorbeeld om besturingscodes aan een punt toe te voegen om feature geometrie op te bouwen, selecteert u achtereenvolgens elke code in de lijst. De software voert automatisch een spatie in om codes van elkaar te scheiden.
Als u codes via het toetsenbord van de bedieningseenheid invoert, moet u na elke code een spatie invoeren, om de complete codelijst opnieuw weer te geven voordat u de volgende code intoetst.
Het maximaal toegestane aantal tekens in het Code veld is 60.
- Druk op Enter.
Om een code in te voeren die niet in de bibliotheek aanwezig is, maar waarvoor wel een vergelijkbare code in de bibliotheek aanwezig is, drukt u op de spatie toets om de code die u ingevoerd hebt te accepteren in plaats van de vergelijkbare code uit de bibliotheek.U kunt ook auto‑aanvullen uitschakelen.

-
Tik op Code om op Code te zoeken, of tik op Beschrijving om op Beschrijving te zoeken.Afhankelijk van uw selectie toont de software items in de feature bibliotheek die codes of beschrijvingen hebben die beginnen met de tekst die u hebt ingevoerd.
Wanneer u op Code zoekt, wordt de tekst die u in het codeveld invoert automatisch aangevuld overeenkomstig de in de lijst aanwezige codes.De tekst wordt niet automatisch aangevuld wanneer u op Beschrijving zoekt.
-
Om te zoeken naar een reeks tekens die ergens in de code of beschrijving voorkomt, tikt u op Passend.Alle items in de FXL die exact deze reeks bevatten, worden weergegeven.
De functie Passend kan afzonderlijk voor codes en beschrijvingen worden ingeschakeld.
U moet exact de reeks invoeren die u zoekt.U kunt geen sterretje (*) als jokerteken gebruiken wanneer u de functie Passend gebruikt.
- Om de gehele lijst van feature codes te filteren op code Type, bijv. punt of besturingscode, of op Categorie, zoals gedefinieerd in de feature bibliotheek, tikt u op
.Het scherm Codelijst filters instellen verschijnt.Tik op een feature type of categorie om die weer te geven of te verbergen.Tik op Accept. naar de codelijst terug te gaan.
Wanneer u een code in de lijst selecteert, wordt alle filtering uitgeschakeld en wordt de complete feature code lijst weergegeven, zodat u een andere code kunt selecteren.

Om een Code veld te wijzigen, tikt u in het Code veld. De Codelijst verschijnt, met de bestaande inhoud van het Code veld gemarkeerd weergegeven. Om de inhoud in zijn geheel te vervangen, selecteert u een nieuwe code. Om de selectie van het codeveld ongedaan te maken voordat u de nieuwe code selecteert, tikt u op het begin of einde van het codeveld, of drukt u op de linker of rechter pijltoets.
Om het Code veld te wijzigen, gebruikt u de pijltoetsen om naar de juiste positie te gaan en vervolgens de Backspace toets om ongewenste tekens te verwijderen. Terwijl u de code wijzigt, wordt de codelijst dienovereenkomstig opnieuw gefilterd.

Standaard is auto-aanvullen ingeschakeld.Om auto-aanvullen uit te schakelen, tikt u op de softkey Auto uit.
Als auto‑aanvullen uitgeschakeld is, worden recent gebruikte codes boven aan de codelijst weergegeven.Meermaals ingevoerde codes worden als één ingevoerde code in de lijst van recent gebruikte codes getoond.Hierdoor kunt u recent gebruikte codes snel selecteren, met name meermaals ingevoerde codes.