Constructie offsets

Voor elk wegontwerp bestand kunnen constructie offsets worden gedefinieerd, alsmede voor elke string die u als een weg uitzet.

Om posities met een offset ten opzichte van de weg uit te zetten, zodat de weg vrij blijft voor de aanleg, definieert u een of meer constructie offsets voor de weg. De constructie offset wordt op alle posities op de weg toegepast.

Wanneer u een constructie offset voor een weg definieert, wordt die offset:

  • gebruikt voor alle wegen met hetzelfde bestandsformaat in dezelfde job.
  • gebruikt voor alle volgende inmetingen van de weg in dezelfde job, totdat een andere constructie offset wordt gedefinieerd.
  • niet voor dezelfde weg gebruikt wanneer die vanuit een andere job wordt benaderd.

Om een constructie offset te definiëren, voert u waarden in de juiste velden Horizontale offset en/of Verticale offset in.Tik op Opties voor geavanceerde functies.

In de plattegrond of dwarsprofiel weergave wordt een constructie offset aangegeven door een groene streepjeslijn en een gevulde groene cirkel geeft de geselecteerde positie aan, aangepast met de constructie offsets.

Wanneer u t.o.v. een string uitzet, of stations op een string uitzet, kunt u een horizontale constructie offset definiëren waarbij:

  • Een negatieve waarde verplaatst punten naar links van het horizontale alignement.
  • Een positieve waarde verplaatst punten naar rechts van het horizontale alignement.

Bij alle andere strings, inclusief schuine zijde strings, kunt u een horizontale constructie offset definiëren, waarbij:

  • Een negatieve waarde verplaatst punten naar het horizontale alignement toe (in).
  • Een positieve waarde verplaatst punten van het horizontale alignement af (uit).

Bij het uitzetten van een schuine zijde met constructie offsets waarbij u een positie op de catch en offset positie wilt opslaan, selecteert u het vakje Catch en constructie-offset beide opslaan wanneer u de constructie offset definieert.Zie Catch punt.

Tik op Opties om te bepalen of de offset moet worden toegepast:

  • horizontaal
  • met de helling van de lijn van de vorige string naar de huidige string in het dwarsprofiel
  • met de helling van de lijn van de huidige string naar de volgende string in het dwarsprofiel

De volgende tekening toont een Horizontale offset (1), Hellen vorige offset (2) en Hellen volgende offset (3), toegepast op een positie:

  • Bij de Hellen vorige optie wordt de helling van de offset gedefinieerd door de helling van de lijn (4) vóór de positie die geselecteerd is om uit te zetten (5).

  • Bij de Hellen volgende optie wordt de helling van de offset gedefinieerd door de helling van de lijn (4) na de positie geselecteerd om uit te zetten (6).

  • De Verticale offset in de tekening is 0.000.

Bij punten met een offset van nul kunt u geen horizontale constructie offset toepassen met de hellingwaarde van de vorige lijn.

Wanneer u posities ten opzichte van een string meet, of bij uitzetten van stations op een string, kunt u een horizontale constructie offset ten opzichte van uw huidige positie definiëren. Daarvoor gaat u als volgt te werk:

  1. Tik op Opties en in het vak Horizontale offset – berekend selecteert u Ja.

  2. Navigeer naar de positie waar u de piket wilt plaatsen.

    De navigatiedelta Ga links / Ga rechts wordt vervangen door de afstand tot aan het horizontale alignement als de horizontale offset Berekend is.

  3. Meet het punt en sla het op.

    De berekende horizontale offset wordt bij de Uitzet delta's weergegeven.

Deze optie is niet beschikbaar wanneer de uitzetmethode T.o.v. de dichtstbijzijnde string is of, voor LandXML-wegen als de horizontale offset loodrecht op de string wordt toegepast.

Wanneer u stations op een string gaat uitzetten, tikt u op Opties om op te geven of de offset moet worden toegepast:

  • Loodrecht op het alignement voor de string die wordt uitgezet
  • Loodrecht op de string die wordt uitgezet

De volgende afbeelding toont een Horizontale offset (1), loodrecht op het alignement (2) toegepast en een Horizontale offset (3), loodrecht op de string (4) toegepast.

Wanneer u stations op een string uitzet, kunt u een horizontale offset definiëren met de afstand van de geselecteerde positie tot het alignement. Daarvoor gaat u als volgt te werk:

  1. Tik op Opties en zet de optie Horizontale offset – T.o.v. alignement op Ja.
  2. Navigeer naar het doel dat zich op het alignement bevindt.

  3. Meet het punt en sla het op.

    De berekende horizontale offset wordt bij de Uitzet delta's weergegeven.

Deze optie is niet beschikbaar voor schuine zijde strings, of als de horizontale offset loodrecht op de string wordt toegepast.

U kunt een verticale constructie offset definiëren, waarbij het volgende geldt:

  • Een negatieve waarde verplaatst punten verticaal omlaag.
  • Een positieve waarde verplaatst punten verticaal omhoog.

De Verticale offset waarde wordt niet toegepast op een DTM oppervlak.

Tik op Opties om te bepalen of de offset moet worden toegepast:

  • verticaal
  • loodrecht op het element in het dwarsprofiel vóór het uit te zetten punt

De volgende afbeelding toont een Verticale offset, verticaal (1) toegepast en een Verticale offset, loodrecht (2) op het vorige element van het dwarsprofiel (3) toegepast.

U kunt een station constructie offset toepassen waar:

  • Een positieve waarde verplaatst het punt in de richting van toenemende metrering (Vooruit).
  • Een negatieve waarde verplaatst het punt in de richting van afnemende metrering (Achteruit).

 

  • U kunt een station constructie offset niet op een schuine zijde toepassen.
  • De station constructie offset wordt tangentiaal op de string die wordt uitgezet toegepast.

Station constructie offsets zijn handig voor het positioneren van kolken langs een gebogen stuk weg, zoals in de volgende afbeelding getoond.Omdat de kolk (1) typisch gepositioneerd wordt voordat de trottoirband (2) en goot geplaatst worden, kan door offsetten van het station vooruit (3) en achteruit (4) en horizontaal naar links (5) en rechts (6) de kolk met de juiste oriëntatie worden geplaatst.