String interpolatie
De volgende regels zijn van toepassing op ingetoetste station waarden:
- Bij een alignement (6D string) worden de coördinaten voor ingetoetste stationposities berekend met inachtneming van de geometrie van de string. Hoogtewaarden worden berekend d.m.v. lineaire interpolatie. Als er echter een 12D string samenvalt met de 6D string, gebruikt de software de verticale alignement data die in de 12D string beschikbaar is om de hoogtewaarden te berekenen.
-
Bij een 3D string worden de offset en hoogte waarden geïnterpoleerd uit de offset en hoogte waarden van de vorige en volgende positie op die string. Dit verzekert de integriteit van het ontwerp, vooral bij scherpe bochten. Zie het volgende voorbeeld, waarin het dwarsprofiel op station 100 een string offset ten opzichte van de 6D string van 3 en een hoogte van 25 heeft. Het volgende dwarsprofiel op station 120 heeft een string offset van 5 en een hoogte van 23. De positie op de string voor het geïnterpoleerde station 110 wordt geïnterpoleerd zoals getoond, en geeft een offset van 4 en een hoogte van 24.
Als de afbuighoek van de 3D string vergeleken met die van de bijbehorende 6D string echter groter dan 30 minuten is, wordt de geometrie van de bijbehorende 6D string genegeerd en worden de coördinaten door middel van lineaire interpolatie berekend. Dit dient om onverwacht gedrag te voorkomen als er een scherpe richtingsverandering in de 3D string is voor onderdelen zoals op-/afritstroken, bushavens, enz.
- Interpolatie tussen punten langs een spiraal wordt berekend m.b.v. een overgangsspiraal voor 12D en 6D strings en bij benadering berekend voor 3D strings.
Wanneer u uw positie t.o.v. van een GENIO weg meet, of wanneer uw station en offset nominale waarden zijn, wordt uw positie berekend d.m.v. lineaire interpolatie van de dichtstbijzijnde posities op aangrenzende strings.
In alle situaties waarin uw positie geïnterpoleerd wordt, geven kleinere station intervallen een hogere nauwkeurigheid.