Ervoor kiezen om alleen sommige bestanden te uploaden of te downloaden

Meestal zult u bij het downloaden van projecten van of uploaden van data naar Trimble Connect alle gewijzigde bestanden downloaden of uploaden, om ervoor te zorgen dat alle nieuwste informatie zowel op de bedieningseenheid als in Trimble Connect aanwezig is.

Af en toe kunt u ervoor kiezen om het downloaden of uploaden van afzonderlijke bestanden over te slaan, bijvoorbeeld als u grote bestanden hebt, zoals een groot scanbestand, die u niet wilt overbrengen vanuit het veld en die worden bijgewerkt zodra u terugkeert op kantoor.

Bestanden overslaan bij het downloaden of uploaden van jobs

De bestanden selecteren die u wilt downloaden van of uploaden naar de cloud:

1. Selecteer de job op de pagina Jobs en tik vervolgens op en selecteer Downloaden of Uploaden.

   Het scherm Downloaden of Uploaden verschijnt, met de naam, het type en de grootte van elk bestand dat zal worden gesynchroniseerd.

2. Als u het downloaden of uploaden van een bestand wilt overslaan, tikt u op de naam van het bestand en selecteert u Dit bestand overslaan. Het symbool naast het bestand verandert van of naar of , om aan te geven dat het bestand wordt overgeslagen. U kunt het bestand later downloaden of uploaden wanneer u bent teruggekeerd naar kantoor.

3. Tik op Downloaden of Uploaden om de geselecteerde bestanden bij te werken.

   Bestanden die u hebt geselecteerd om over te slaan, hebben een symbool ernaast en worden pas gesynchroniseerd als u ervoor kiest dat te doen. Zie Conflicten met bestanden beheren.

Status van bestandssynchronisatie

De cloud symbolen naast de bestandsnamen in het scherm Downloaden of Uploaden geven de synchronisatiestatus van elk bestand aan. Als u niet alle bestanden automatisch wilt synchroniseren of als er bestandsconflicten moeten worden opgelost, tikt u op de naam van het bestand en selecteert u de best passende actie.

geeft aan dat het bestand klaar is om te worden gedownload naar de bedieningseenheid.

geeft aan dat u hebt geselecteerd om dit bestand over te slaan en dat het niet naar de bedieningseenheid wordt gedownload.

geeft aan dat het bestand klaar is om naar de cloud te worden ge-upload.

geeft aan dat u hebt geselecteerd om dit bestand over te slaan en dat het niet naar de cloud wordt ge-upload.

geeft aan dat het bestand wordt gesynchroniseerd met de cloud.

geeft aan dat het bestand op de bedieningseenheid precies hetzelfde is als het bestand in de cloud.

geeft aan dat er wijzigingen in het bestand in de cloud zijn die conflicteren met het lokale bestand en dat er actie nodig is. Zie Conflicten met bestanden beheren.

geeft aan dat het bestandsconflict is opgelost (omdat u ervoor hebt gekozen het bestand te overschrijven of het lokale bestand te behouden).