Magnetometer tiltcompensatie
Trimble R10 en R12 ontvangers hebben een ingebouwde magnetometer, waarmee u punten kunt meten met een gekantelde meetstok met behulp van de Gecompenseerd punt methode.
Gecompenseerde punten
De meetmethode gecompenseerd punt gebruikt de tiltsensor en magnetometer die in de ontvanger ingebouwd zijn om de positie van de punt van de meetstok te berekenen. De methode Gecompenseerd punt wordt weergegeven in de lijst van beschikbare meetmethoden tijdens een GNSS meting wanneer het selectievakje Tilt functies ingeschakeld is in het scherm Rover opties van de meetmethode.
Een gecompenseerd punt meten is praktisch wanneer:
- u een punt sneller wilt meten, zonder tijd te besteden aan het nivelleren van de meetstok.
- u vanwege een obstakel de antenne niet direct boven het punt kunt plaatsen. Traditioneel zou u dan een offset techniek moeten gebruiken om dergelijke punten te meten. Met de gecompenseerd punt meetmethode wordt de offset positie van de antenne gecorrigeerd, om een grondpositie bij de punt van de meetstok te produceren.
Bij het meten van een gecompenseerd punt meet de tiltsensor de kanteling van de antenne en berekent de afwijking vanaf de stokpunt. De gradaties in de eBubble geven de bol aan waarin de antenne beweegt als de punt van de stok stilstaat. Bijvoorbeeld:
Kleur eBubble | Tilt bereik | Betekenis |
---|---|---|
Groen | < 12 graden | U bent binnen de tolerantie voor een gecompenseerd punt. |
Geel | 12 tot 15 graden | U bent dicht bij een overschrijding van de tilt tolerantie voor een gecompenseerd punt. |
Rood | > 15 graden | U hebt de de tilt tolerantie voor een gecompenseerd punt overschreden. |
Magnetische storing
Het systeem probeert de hoeveelheid magnetische storing in de omgeving te detecteren, door het geregistreerde magnetische veld te vergelijken met het verwachte magnetische veld. Het verwachte magnetische veld is afkomstig van een model van het magnetische veld van de aarde dat in de ontvanger opgeslagen is. De magnetometer meet de sterkte en verticale richting (hellingshoek) van het magnetische veld in de omgeving en vergelijkt die met de verwachte sterkte en verticale richting voor de locatie. Als deze waarden niet overeenkomen, wordt er magnetische storing gedetecteerd.
De hoeveelheid magnetische storing wordt aangegeven door de waarde Magnetische storing, waarvoor een schaal van 0 t/m 99 wordt gebruikt. De hoeveelheid magnetische storing wordt ook weergegeven in de precisie schatting. Als u de magnetometer correct hebt gekalibreerd en in een omgeving zonder magnetische storing werkt, zou u een magnetische storing waarde lager dan 10 moeten zien.
Als de waarde hoger dan 50 is, verschijnt er een waarschuwing op de statusregel. Als de waarde 99 is, kunt u het punt niet opslaan, tenzij de tilt afstand van de baak binnen 1 cm van genivelleerd is. Controleer de omgeving op bronnen van magnetische storing. Als er geen duidelijke bronnen van magnetische storing aanwezig zijn, controleert u de kalibratie.
U kunt de Magnetische storing waarde voor een punt in het scherm Bekijk job bekijken.
In omgevingen met magnetische storing is het mogelijk dat de magnetometer de verwachte sterkte en verticale richting registreert, maar een onjuiste horizontale richting. Dit kan niet worden gedetecteerd. Als dit gebeurt, meldt de software lage magnetische storing waarden, terwijl er in feite grote magnetische azimutfouten zijn. Om die te voorkomen, is het van belang dat u gecompenseerde punten alleen in gebieden zonder magnetische storing gebruikt.
Alleen de horizontale positie is afhankelijk van de magnetometer. Als uw meting een hoge verticale precisie vereist, maar horizontale precisie minder belangrijk is, kan magnetische storing minder significant zijn. De horizontale kwaliteit van het punt gaat bij een grotere tilthoek meer achteruit bij hoge magnetische storing. Met andere woorden: magnetische storing heeft geen effect als de baak genivelleerd is.