Referentie alignementen

Bij elke uitzetmethode kunt u een referentie alignement selecteren, waarbij de software de station en offset waarden van uw huidige positie ten opzichte van dat referentie alignement toont. Deze gegevens worden ook in de job opgeslagen.

  1. In de plattegrond of dwarsprofiel weergave houdt u op het scherm ingedrukt en tikt u op Referentie alignement selecteren.
  2. Selecteer het wegformaat.
  3. Selecteer het bestand. Het veld Weg naam toont de naam van de geselecteerde weg.
  4. Druk op Accept.

    Tijdens het uitzetten wordt er een stippellijn getrokken van uw huidige positie naar het horizontale alignement van het referentie alignement.

  5. Om te stoppen met het gebruik van het referentie alignement, houdt u in de plattegrond of dwarsprofiel weergave ingedrukt en tikt u op Referentie alignement selecteren. In de lijst van wegformaten selecteert u <Geen>.