Meten met een afstand offset

In een conventionele meting gebruikt u deze meetmethode als een punt onbereikbaar is, maar wel een horizontale afstand van het prismapunt naar het object kan worden gemeten. Met Afstand offset kunt u een verplaatsing met één, twee of drie afstanden in één stap uitvoeren.

1. Tik op en selecteer Meten / Meet topo.
2. Voer de Punt naam in en, indien nodig, de Code.
3. In het veld Methode selecteert u Afstand offset.
4. In het veld Prisma hoogte geeft u de hoogte van het prisma in.

5. Druk op opties om:

   • Het perspectief in te stellen van waaruit objecten worden ge-offset. Wijzig de instellingen in het groepsvak Servo/Robotisch. Voor meer informatie, zie Servo/Robotisch.

   • De afstand offsetwaarden automatisch op 0 terug te zetten na het opslaan van een meting. Schakel het keuzevakje Offsets terugzetten na opslaan in.

     Deze optie is handig wanneer u doorgaans maar één offset meet. Als u normaal gesproken metingen herhaalt, laat u het selectievakje Offsets terugzetten na opslaan uitgeschakeld, zodat de software de offsetwaarden voor de volgende meting onthoudt.

   • Vooraf twee waarden voor de L/R offset te configureren. Typ waarden in de velden Aangepaste L/R offset 1 en Aangepaste L/R offset 2.

6. In het veld L/R offset voert u de linkse of rechtse offset in van het doel naar het object, indien van toepassing.

   Als u aangepaste offsets in het scherm Opties hebt geconfigureerd, tikt u op en selecteert u de offset.

   Om alle drie offset waarden op 0 te zetten, tikt u op en selecteert u Offsets op 0 zetten. Als alle drie velden op 0 zijn gezet, wordt de meting behandeld als een Hoeken en afstand meting. De optie Offsets op 0 zetten is ook beschikbaar in de velden In/uit offset en V.Afst offset.

7. Geef de In/uit offset in van het prisma naar het object, indien van toepassing.

8. Geef de V.Afst offset in van het prisma naar het object, indien van toepassing.

9. Druk op Meet.

10. Als u het vakje Bekijken voor opslaan in de meetmethode aangevinkt hebt, wordt de waarneming gecorrigeerd met de offset afstand weergegeven. Druk op Opsl.

    De software slaat de gecorrigeerde horizontale hoek, verticale hoek en schuine afstand in het puntrecord op, alsmede een offset record met de gegevens van de offset meting.

De volgende tekening toont een voorbeeld waarin punt 5 wordt gemeten met Offset en uitzet richtingen ingesteld op Instrument perspectief:

• offset naar links (2) van het prisma (3)
• offset uit (4) t.o.v. standplaats van instrument (1)
• verticale offset (6)