RTK inbel dataverbinding

Gebruik een inbel dataverbinding wanneer u RTK data verkrijgt door te verbinden met het modem bij de base ontvanger m.b.v. een telefoonnummer. RTK data wordt overgebracht met behulp van een mobiele data oproep.

Welk modem u voor de verbinding gaat gebruiken bepaalt hoe u verbinding maakt en uw apparatuur configureert.

Bij de rover kunnen uw bedieningseenheid en uw ontvanger elk een intern modem hebben. U kunt ook nog een ander apparaat hebben dat een modem bevat, zoals een mobiele telefoon.

Welk modem u bij de rover voor de dataverbinding gebruikt, is afhankelijk van:

  • welk apparaat de SIM-kaart bevat die u voor de dataverbinding wilt gebruiken.
  • de methode die u wilt gebruiken om de bedieningseenheid met de ontvanger te verbinden.

De beslissingen die u neemt bepalen hoe u de uitrusting moet verbinden en de instelling Routeer door bedieningseenheid in de RTK meetmethode moet configureren. U hebt de keuze uit:

  • Als de SIM-kaart in de ontvanger zit, verbindt u de bedieningseenheid met de ontvanger via Bluetooth of een seriële kabel en daarna zet u de instelling Routeer door bedieningseenheid op Nee.
  • Als de SIM-kaart in de bedieningseenheid zit, verbindt u de bedieningseenheid met de ontvanger via Bluetooth of een seriële kabel en daarna zet u de instelling Routeer door bedieningseenheid op Ja.
  • Als de SIM-kaart in een ander apparaat zit (bijv. een mobiele telefoon), verbindt u de bedieningseenheid met de ontvanger via Bluetooth of een seriële kabel. Daarna gaat u op een van de volgende manieren te werk:
    • Verbind het externe modem met de bedieningseenheid en zet de optie Routeer door bedieningseenheid op Ja.
    • Verbind het externe modem met de ontvanger en zet de optie Routeer door bedieningseenheid op Nee.

 

  • Wanneer u het modem in een ander apparaat gebruikt, moet u een seriële kabel gebruiken om de ontvanger met dat andere apparaat te verbinden. Omdat de meeste ontvangers maar één seriële poort hebben, moet de verbinding tussen de ontvanger en de bedieningseenheid een Bluetooth verbinding zijn. U kunt Bluetooth niet gebruiken om de ontvanger met het andere apparaat te verbinden, omdat Trimble Access dan niet weet dat die verbinding aanwezig is. Als u een ontvanger met meer dan één seriële poort gebruikt, zoals de R8 ontvanger, kan de verbinding tussen de bedieningseenheid en de ontvanger ook een seriële kabel zijn.

  • Modems die met Trimble Access worden gebruikt, moeten Hayes-compatibele AT commando's ondersteunen.

Wanneer u het modem van een ander apparaat gebruikt, kunt u ervoor kiezen om de inkomende data via de bedieningseenheid te routeren.

  • Als u ervoor kiest om via de bedieningseenheid te routeren, kan de bedieningseenheid de internetverbinding voor andere functies gebruiken, waaronder het downloaden van projecten en jobs of e-mail tijdens de RTK meting. U moet het externe modem met de bedieningseenheid verbinden.

  • Als u ervoor kiest om niet via de bedieningseenheid te routeren, kan de bedieningseenheid de Internet verbinding niet gebruiken. Alleen de ontvanger kan dan gebruik maken van de Internet verbinding. U moet het externe modem met de ontvanger verbinden.

Het modem bij het basisstation moet in staat zijn inbel data oproepen te accepteren. Omdat het modem in een Trimble bedieningseenheid dit niet kan, moet u het modem in de ontvanger gebruiken. Als u een ander apparaat hebt dat een modem bevat, zoals een mobiele telefoon, kunt u dat in plaats van het modem in de ontvanger gebruiken, mits dat apparaat CTS (Clear To Send) flow control ondersteunt.

Welk modem u bij de base voor de dataverbinding gebruikt, bepaalt hoe u de uitrusting moet verbinden. U hebt de keuze uit:

  • Als de SIM-kaart in de ontvanger zit, verbindt u de bedieningseenheid met de ontvanger via Bluetooth of een seriële kabel.
  • Als de SIM-kaart in een extern modem zit (bijv. een mobiele telefoon), moet de ontvanger CTS (Clear To Send) flow control ondersteunen. Verbind de bedieningseenheid met de ontvanger via Bluetooth, of mogelijk een seriële kabel. Verbind de bedieningseenheid daarna met het externe modem m.b.v. een seriële kabel.

 

  • Wanneer u het modem in een ander apparaat gebruikt, moet u een seriële kabel gebruiken om de ontvanger met dat andere apparaat te verbinden. Omdat de meeste ontvangers maar één seriële poort hebben, moet de verbinding tussen de ontvanger en de bedieningseenheid een Bluetooth verbinding zijn. U kunt Bluetooth niet gebruiken om de ontvanger met het andere apparaat te verbinden, omdat Trimble Access dan niet weet dat die verbinding aanwezig is. Als u een ontvanger met meer dan één seriële poort gebruikt, zoals de R8 ontvanger, kan de verbinding tussen de bedieningseenheid en de ontvanger ook een seriële kabel zijn.

  • Modems die met Trimble Access worden gebruikt, moeten Hayes-compatibele AT commando's ondersteunen.

Een inbel dataverbinding configureren bij de rover of de base in Trimble Access:

  1. Configureer de RTK meetmethode voor een inbel dataverbinding en selecteer het juiste GNSS contact. Zie:

  2. Maak een GNSS contact aan dat de contactgegevens van de real-time correctiebron specificeert. Zie:

Om de meting te starten, zie Een RTK inbel meting starten.